Tip: triathlon snelveters
Ken je dat ook? Je ligt lekker op koers in de wedstrijd, komt na het fietsen de wisselzone in, springt in je loopschoenen en dan… Geklooi met je veters!
De adrenaline giert door je lijf en om je heen zie je de mannen of vrouwen die je net nog even hebt ingehaald ruim voor je het loopparcours opgaan. Of je moet tijdens het looponderdeel halt houden omdat je je veters in de wisselzone veel te los gestrikt of veel te strak hebt aangetrokken. Zeker op de kortste afstanden allemaal kostbare seconden en onnodige stress. Snelveters kunnen dan een uitkomst bieden.
Naast het snel kunnen aan- en uittrekken van je loopschoenen hebben snelveters nog een ander bijkomend voordeel. Vaak zijn de veters gemaakt van een elastisch materiaal waardoor pijnlijke druk op vooral de wreef (bovenkant voet) kan worden verminderd of zelfs voorkomen. Immers, tijdens het lopen zwellen je voeten vaak een beetje op en door gebruik van normale, niet elastische veters kan de schoen niet voldoende uitzetten. Je schoenen dan voor aanvang wat losser strikken is ook geen goed idee want dat kan weer ten koste gaan van stabiliteit en op den duur dus leiden tot blessureleed.
Er bestaan verschillende soorten snelvetersystemen en vaak zijn ze in allerlei fancy, opvallende kleurtjes verkrijgbaar. Al snel na mijn eerste triathlon stapte ik zelf ook over van gewone naar de meer elastische snelveters. Mijn eerste versie was het snelvetersysteem van Xtenex welke volgens hun eigen marketing o.a. gedragen wordt door triathlon ‘grootheden’ als Jan Frodeno en Simon Whitfield (wie kent ze niet…?!).
Ik heb er zeker een paar schoenen mee versleten maar toch was ik over dit systeem niet helemaal tevreden. De veters zijn inderdaad elastisch en om de centimeter voorzien van een soort knoopje. Probleem is echter dat je de spanning van de veter per afzonderlijke lus moet bepalen en de druk dus niet altijd evenredig over de wreef verdeeld wordt. De knoopjes zelf zijn ook vrij dik en eenmaal ingeregen kun je ze daarom onder het lopen niet even snel bijstellen.
En alhoewel niet te strak aangetrokken, zorgde de knoopjes tussen de lussen bij mij toch weer voor enige drukklachten op de bovenkant van de wreef. Let wel, voor iemand die juist op het ene deel van de wreef wat meer druk wil hebben dan op het andere kan dit systeem absoluut uitkomst bieden.
"De knoopjes zelf zijn ook vrij dik en eenmaal ingeregen kun je ze daarom onder het lopen niet even snel bijstellen."
Inmiddels ben ik overgestapt op een zogenaamd ‘lock laces’ systeem. Elastische veters, ditmaal zonder knoopjes, die middels een snelsluiter worden vastgezet. Strikken is dus ook hierbij overbodig en ook nu weer zorgt de elasticiteit van de veters ervoor dat de schoenen bij het zwellen van je voeten wat kunnen uitzetten. Bijkomend voordeel ten opzichte van bijvoorbeeld het Xtenex systeem is dat, mochten de veters onder het lopen toch te los of strak blijken te zitten, je ze met een simpele handeling snel kunt bijstellen.
Over het ‘lock laces’ systeem ben ik meer tevreden. De veters bieden mij een goede drukverdeling op mijn toch al wat hoge wreef en ondanks de elasticiteit worden mijn voeten nog steeds voldoende omsloten voor de juiste stabiliteit.
Het blijft natuurlijk een persoonlijke keuze en voorstander of niet, ik vind het een mooi hulpmiddel voor een snelle wissel en ter voorkoming van knellende voeten tijdens het lopen. Wil je weten hoe het werkt of heb jij net je eerste paar aangeschaft en stoei je nog met de 'montage', lees dan nog even snel verder in de hierna volgende handleiding. Een handleiding waarbij ik gebruik heb gemaakt van de veters die ik momenteel in gebruik heb, de ORCA Speed Laces. De handleiding is echter ook toepasbaar op 'lock laces' systemen van andere merken.
Stap 1: haal de veters uit de verpakking en verwijder de snelsluiter (rechts) en eindstopper (links) van de veters.
Stap 2: rijg de veters nu in zoals je dat bij gewone veters ook zou doen.
Stap 3: schuif de snelsluiters vervolgens weer terug over de veters.
Stap 4: plaats je voet in de schoen en trek de elastieken veters op de gewenste spanning. Trek ze niet te strak; je moet ze nog lichtjes kunnen optillen.
Stap 5: als je de veters op de gewenste spanning hebt, trek je de snelsluiter aan.
Stap 6: schuif nu de eindstopper over de veters.
Stap 7: leg ter hoogte van het laagste veterkruis een knoop in de veters. Dit is voldoende lengte om de veters later los te kunnen maken voor het aan- en uittrekken.
Stap 8: schuif de eindstopper over de knoop en knip de overtollige veters af. Om rafelen van de uiteinden tegen te gaan, zou je deze eventueel heel voorzichtig kunnen afbranden met een aansteker. Je hardloopschoenen met snelveters zijn nu klaar voor gebruik!
Optioneel: voor nog meer stabiliteit en, alhoewel slechts enkele seconden extra tijdwinst, voor het nog sneller kunnen aantrekken, zou je de veters ook nog door de bovenste gaatjes van je schoenen kunnen lussen en een knoopje leggen achter de snelsluiter. Deze laatste wordt daarmee natuurlijk wel een beetje overbodig. Nadeel is wel weer dat je de veters onder het lopen dan niet meer kunt bijstellen dus het is zaak om van te voren, voordat je de knoop gaat leggen, te oefenen met de juiste veterspanning, Ook op langere afstanden!
Let op! Deze laatste optie is hoe ik het het prettigst vind om de snelveters te gebruiken en enkel bedoeld als tip. Ik ben dus op geen enkele wijze aansprakelijk te stellen voor eventueel opgelopen klachten, blessures of beschadiging van veters en schoenen.
