top of page

IronMan training, week 24-28: afzien op de Ventoux...


Langzaam begin ik de dagen af te tellen. Nog 4 weken tot de dag waarop alle puzzelstukjes in elkaar moeten gaan vallen.

Vier weken om de laatste puntjes op de "i" te zetten om zo optimaal en fit mogelijk aan de start te verschijnen. Maar waarschijnlijk ook vier weken waarin de zenuwen langzaam door mijn lijf beginnen te gieren en de twijfels me om de oren gaan slaan. Hoe sta ik ervoor? Ga ik het wel redden? Wat als ik moet lopen tijdens de afsluitende marathon? Als ik maar geen blessure krijg. Zal het die dag niet te warm zijn? Het zal toch niet zwemmen zónder wetsuit worden? En zo veel meer....

Toch begint ook dat 'goede gevoel' langzaam op te komen, zeker tijdens de trainingen hier in Frankrijk. Met gemak zwem ik deze week 4km aan een stuk waarbij ik zonder al teveel op m'n klokje te kijken zowel snelheid als slagritme de hele afstand gelijk weet te houden. Trek ik bij intervallen op de fiets mijn snelheid regelmatig boven de 40km/u, sneuvelt bergop het ene na het andere PR en weet ik bij de duurlopen die langzaam richting de 3 uur gaan mijn snelheid mooi vlak te houden. Ja, zelfs een negatieve split is tegenwoordig meer regelmaat dan uitzondering.

Maar het allerbelangrijkste, en misschien nog wel meest bijzondere, is dat het herstel na elke (intensieve) training zo snel gaat. Een ding is zeker, het worden een spannende 28 dagen!

Mijn voorbije trainingsweek begon ik dit keer pas op maandagavond. We besloten die dag een keertje op tijd te eten zodat ik - in de hoop dat de warmte dan weer wat getemperd zou zijn - in de avonduren mijn fietstraining af kon werken. Het werd een uurtje lekker tegen de wind in harken met 6 lange intervallen over een wat glooiend parcours.

"Langzaam begin ik de dagen af te tellen. Nog 4 weken tot de dag waarop alle puzzelstukjes in elkaar moeten gaan vallen. "

Op dinsdag ging - yep, deze vakantie is hij mee - al vroeg de wekker en op een nuchtere maag voltooide ik de geplande looptraining van een uur. De kern bestond deze week uit 'slechts' één lange interval van 30 minuten rond het omslagpunt. Na een verlaat ontbijt toog ik later die ochtend weer naar het binnenzwembad van Lablachère voor een duurtraining die ik opdeelde in drie stukken van elk 1.000m. De eerste in Z3 zonder hulpmiddelen, de tweede in Z2 met gebruik van pull buoy, de laatste in Z1. Met in- en uitzwemmen een totaal van 3.600m

's Woensdags bestond mijn fietstraining uit twee gedeeltes. Een dag eerder was Romy haar zus, man en kids op de camping gearriveerd voor een weekje samen plezier en vandaag begon de training dus met wat sight-seeing van de omgeving met mijn schoonbroer Ralf. Toen hij na een uurtje afdraaide naar de camping gooide ik de gashendel nog even goed open voor een rondje duurtraining van 30km in een gemiddelde van 35km/u.

De donderdag mocht ik van 'het schema' rustig aan doen. Een lekker relaxte duurtraining in het zwembad (2.500m) en in de avonduren bond ik nog even de loopschoenen onder voor een korte en rustige herstelloop. Vrijdags nam ik een dagje rust met het oog op de dag van Zaterdag.

Zaterdag ging nl. een al wat langer gekoesterde wens in vervulling, nl. vanuit ons vakantieadres in de Ardèche met de fiets naar de top van de Mont Ventoux - uiteraard via Bédoin - in de Vaucluse. Een uitdagende rit van 130km en 3.000 hoogtemeters! Omdat dit natuurlijk ook een hele mooie trainingsrit met het oog op de IronMan zou zijn, mocht het dit jaar dan eindelijk gaan gebeuren.

"...vanuit ons vakantieadres in de Ardèche met de fiets naar de top van de Mont Ventoux - uiteraard via Bédoin - in de Vaucluse. Een uitdagende rit van 130km en 3.000 hoogtemeters!"

De wekker op 6:00 uur en na een licht ontbijtje - mijn spulletjes had ik net als bij een wedstrijd de avond van tevoren al klaargelegd - vertrok ik rond 7:15 uur vanaf de camping. Meteen al na zo'n 15km doemde de eerste klim op, de Côte du Razal. Zoals vorige week al verteld noem ik hem mijn 'huisberg' hier en ken ik inmiddels iedere bocht en elke meter. Met het oog op de rest van de rit peddelde ik in een heel rustig tempo naar boven.

Eenmaal boven zag ik - weliswaar 100km verderop - mijn eindbestemming al liggen. Een dikke puist die als een reus boven het redelijk vlakke landschap uitsteekt en niet voor niks dat ze hem ook wel 'le Géant de Provence' noemen.

De rest van de ca. 110km naar de voet van de klim in Bédoin - Romy zou me daar opwachten met bevoorrading - gingen over redelijk glooiend terrein in bijzonder mooie omgeving. Omdat ik mijn tempo tot aan de voet met een krappe 28km/u gemiddeld redelijk laag hield, kon ik ook hier echt eens van genieten. Misschien dat de Vaucluse in de toekomst nog wel eens een nieuwe vakantiebestemming kan worden. Campingtips zijn altijd welkom!

Na mijn bidons te hebben gevuld met lekker verse en vooral koele sportdrank begon ik rond de klok van 11:30 uur - mijn schoonbroer Ralf zal toen al ongeveer een uur op de berg - aan de 21km lange klim. Om wat gewicht te sparen liet ik een van de drie 750ml bidons in de auto achter en sprak met Romy af dat ze mij voor het eerst na zo'n 10km een nieuwe mocht aanreiken.

De eerste 5km van de klim vanuit Bédoin zijn redelijk vlak te noemen. Nou ja, toch nog zo'n 4 a 5% maar vergeleken met de rest van de klim gemakkelijk. Bij het gehucht Saint-Estève draait de weg dan scherp linksaf en is het met hellingspercentages van boven de 10% meteen werken geblazen.

"De eerste 5km van de klim vanuit Bédoin zijn redelijk vlak te noemen. Nou ja,..."

Vooraf had ik een PR op deze klim - drie jaar geleden beklom ik deze zijde voor het eerst in een respectabele 1:48:22 - al uit het hoofd gezet in de wetenschap dat ik a) toen alleen de klim voor de kiezen kreeg zonder al 100km in de benen en b) ik naast toen alleen het fietsen mijn krachten tegenwoordig verdeel over drie onderdelen.

Uiteindelijk maar goed ook, want man wat had ik het zwaar! Op mijn lichtste verzet, 36-32, had ik zelfs moeite om de trappers rond te draaien en het zweet gutste werkelijk in waterstralen langs mijn lichaam naar beneden. "Veel, echt heel veel blijven drinken", was het enige waar ik aan kon denken en ik was dan ook erg blij dat Romy besloten had al eerder langs de kant van de weg te staan om van bidon te wisselen.

Het was niet dat ik niet omhoog kwam maar op de zwaarste kilometers 6 t/m 14 (Châlet Renard) heb ik mentaal echt afgezien. Ik weet niet hoe vaak het woord 'afstappen' door mijn hoofd spookte en hoe vaak ik mezelf tot de orde moest roepen om vooral geen voet aan de grond te zetten. Op mijn tandvlees bereikte ik na dik een uur en een kwartier Châlet Renard, gelegen op 7km van de top op de plek waar het open en kale landschap begint en de klim vanuit Sault erbij komt.

"Met uitzondering van de laatste 2,5km is de weg naar boven met slechts 7,5% een stuk minder zwaar en dus wist ik mij enorm te herpakken."

Omdat ik een PR op voorhand dus al had uitgesloten en ik het van mezelf al een redelijke prestatie vond dat ik dit punt al had weten te bereiken, zette ik daar toch heel even voet aan de grond voor een lekkere koude slok water die Romy me aanreikte.

Na een korte stop vervolgde ik mijn weg naar de top. Met uitzondering van de laatste 2,5km is de weg naar boven met slechts 7,5% een stuk minder zwaar en dus wist ik mij enorm te herpakken. Alsof het allemaal ineens een stuk makkelijker ging, kwam ik na 1:52:19 boven. Dik binnen de twee uur en tot mijn eigen verbazing nog niet eens zo heel ver van mijn PR. Slechts 4 minuten zat ik erboven. (Later op de camping zag ik dat ik mij inderdaad in de laatste 7km flink heb weten te herpakken want daar ramde ik er wel ff een dik PR uit!)

Mijn schoonbroer Ralf - het was zijn eerste - was inmiddels ook boven. Hij had er bijna 3 uur over gedaan wat voor hem ook een topprestatie was.

"Alsof het allemaal ineens een stuk makkelijker ging, kwam ik na 1:52:19 boven. Dik binnen de twee uur en tot mijn eigen verbazing nog niet eens zo heel ver van mijn PR."

Na de broodnodige suikers, herstel shakes en water ging het met de auto weer omlaag op weg terug naar de Ardèche. Een onvergetelijke dag en weer een items van mijn wensenlijst mogen afstrepen.

Tot slot van deze trainingsweek bracht ik op zondag nog het zwembad in Lablachère nog een bezoekje en werkte daar een duurtraining van 4km (zonder onderbreking) af. Een heerlijke training waarbij ik zo min mogelijk op mijn klokje keek om vooral op gevoel een vlak schema neer te leggen. En dat lukte!

Nog een paar dagen en dam zit deze trainingsstage.... ehm, vakantie er voor dit jaar alweer op. Tot volgende week!

Vond je dit artikel interessant en wil je op de hoogte blijven? Volg Triathlon Blog dan nu ook op Facebook en Twitter!

Je krijgt dan automatisch een melding bij elke nieuwe post.

bottom of page